Zinsleer, werkwoord, passief, wederkerig
De wederkerige betekenis (elkaar), η αλληλοπαθής διάθεση
Wederkerig gebruik van een werkwoord is in het Nederlands
herkenbaar aan de aanwezigheid van het woord 'elkaar'.
Het Grieks gebruikt in dat geval de passieve vorm van het werkwoord.
αγαπιούνται πολύ. | zij houden veel van elkaar. |
κοιταχτήκαμε στα μάτια. | we keken elkaar in de ogen. |
πότε θα ξαναϊδωθούμε; | wanneer zien we elkaar weer? |
το ζευγάρι φιλιόταν. | de geliefden kusten elkaar. |
Het Grieks heeft nog drie andere manieren om aan wederkerigheid vorm te geven.
- door middel van het voorvoegsel -αλληλο
αλληλοσκοτώνονται πάλι εκεί. | zij moorden elkaar daar weer uit. |
- met behulp van het voorzetsel μεταξύ (tussen) of ανάμεσα σε (tussen)
προδόθηκαν μεταξύ τους. πιαστήκαμε ανάμεσά μας. |
zij hebben elkaar verraden. we zijn met elkaar slaags geraakt. |
- met behulp van de constructie: ο ένας τον άλλο, of ο ένας + voorzetsel + τον άλλο ( verbogen naar naamval en geslacht, maar steeds in het enkelvoud)
ο μεγάλεις δυνάμεις φοβούνται η μία την άλλη. έγραφε η μια φίλη στην άλλη. μιλούσαν ο ένας για τον άλλο. |
de grootmachten zijn bang voor elkaar. de vriendinnen schreven elkaar. ze zaten over elkaar te praten. |
Nb. Indien het onderwerp vooraan in de zin staat, wordt het meervoud gebruikt. Is dit niet het geval, dan kan het enkelvoud gebruikt worden.
Deze betekenis kan eigenlijk alleen voorkomen bij werkwoorden die een actieve morfologie hebben en transitief zijn, dat wil zeggen een lijdend voorwerp in de accusativus hebben.
dus: | βλέπω το Γιώργο. | ik zie Giorgos. | wordt: | βλεπόμαστε | we zien elkaar |
maar: | γράφω στο Γεράσιμο. | ik schrijf (aan) Gerasimo. | kan niet met een passivum | we schrijven elkaar |
Bij wijze van uitzondering kan deze constructie wel gebruikt worden bij μιλάω με (spreken) en τηλεφωνώ σε (telefoneren); immers deze werkwoorden hebben in het Grieks geen lijdend voorwerp maar een voorzetselvoorwerp:
από τότε δε μιλιόμαστε. | sindsdien spreken wij niet meer tegen elkaar. |
θα τηλεφωνηθούμε αύριο. | we bellen elkaar morgen. |
βλεπόμαστε κάθε μέρα με τον Πέτρο στη στάση. | Petros en ik zagen elkaar elke ochtend bij de halte. |
Soms treft men deze passieve vormen aan met het voorvoegsel αλληλο- (vooral wanneer de kans op verwarring met de passieve of reflexieve (wederkerige) betekenis groot is):
είναι αδέρφια, αλλά αλληλοτρώγονται. | ze zijn broer en zus, maar ze hebben het altijd met elkaar aan de stok. |
αλληλοσκοτώνονται πάλι στο Λίβανο. | ze moorden elkaar weer uit in Libanon. |
Er zijn voorbeelden waarin het Nederlands gebruik maakt van een wederkerige constructie, terwijl het Grieks zonder kan:
έσφιξαν τα χέρια | ze drukten elkaar de hand. |