Zinsleer, werkwoord
Voltooide tijden
De voltooide tijden zijn:
- het perfectum (de
voltooid tegenwoordige tijd)
- het plusquamperfectum (de voltooid verleden tijd)
- het futurum exactum (de voltooid toekomende tijd)
Het plusquamperfectum (de voltooid verleden tijd)
Het plusquamperfectum drukt een voltooide handeling uit die
voorafgaat aan een andere handeling in het verleden (in de
aoristus). De voortijdigheid is het belangrijkste.
Een eventueel resultaat ten opzichte van het moment dat door de
aoristus beschreven wordt, kan voelbaar zijn, maar lang niet zo
sterk als bij het perfectum. Een reeks van gebeurtenissen die
voorafgaat aan de handeling in de aoristus, kan beschreven worden
met een opeenvolging van plusquamperfecta:
όταν πρωτοπήγα στην Κρήτη, δεν είχα ξαναδεί αγρίμια. | toen ik voor het eerst naar Kreta ging, had ik nog nooit Kri-kri-geiten gezien. |
πριν πάω στην Ελλάδα, δεν είχα ξαναπιεί ρετσίνα. | voor ik naar Griekenland ging, had ik nog nooit retsina gedronken. |
Het futurum exactum (de voltooid toekomende tijd)
Het futurum exactum drukt een voltooide handeling uit die vooraf zal gaan aan een moment of situatie in de toekomst en die dus afgerond zal zijn voor dat moment of situatie aanbreekt:
μέχρι την Δευτέρα θα έχω γράψει το πρώτο κεφάλαιο. | ik zal het eerste hoofdstuk voor maandag afhebben (lett.: geschreven hebben). |
όταν γυρίσεις από την Αυστραλία, το θέμα θα έχει τακτοποιηθεί. | als je uit Australië terugkomt, zal de kwestie opgelost zijn. |