Grammatica//Synt/SyntBijz/SyntBijzComp1Pou
   
  
  
 
            Complementszin
			
            
             
            Na een werkwoord dat een emotie of zintuigelijke 
            waarneminguitdrukt, begint de bijzin veelal met 
            που 
			
            
            De persoonsvorm in de bijzin staat over het algemeen in de 
			indicativus 
			  
			
            
            
              
              
                | emotie | 
                χαίρομαι 
                συγχωρώ 
                τι κρίμα 
                πειράζω 
                είναι λυπηρός 
                καλύτερα που | 
                
                blij zijn 
                zich excuseren 
                wat jammer 
                hinderen 
                het is spijtig 
                het is beter dat | 
               
              
                | waarneming | 
                βλέπω 
                ακούω 
                θυμάμαι 
                ξεχνάω | 
                
                zien 
                horen 
                zich herinneren (hoe) 
                vergeten (hoe) | 
               
            
             
            Voorbeelden: 
                        		
            
            
              
              
                | praesens | 
                λυπάμαι που δε μπορώ να σας φιλοξενήσω. | 
                
                het spijt me dat ik u niet te gast kan hebben. | 
             
            
                | paratatikos | 
                την πείραζε που δεν ερχόταν να την δει. | 
                
                ze vond het vervelend dat hij haar niet kwam opzoeken (lett.: 
                zien). | 
             
            
                | aoristus | 
                χαίρομαι που ήρθες. | 
                
                ik ben bij dat je gekomen bent. | 
             
            
                | toekomende tijd | 
                
            	                   
                 | 
                  | 
               
              
                | voltooide tijd | 
                
            	                   
                 | 
                  | 
               
            
             
              
 
            
            
 
            Που volgt ook wel in speciale gevallen 
            na werkwoorden waarbij normaliter het voegwoord 
            ότι/πως of 
            μη(ν)/μήπως of 
            να wordt gebruikt 
                        
            
            Dit wordt ofwel veroorzaakt doordat de betekenis van de zin een 
            speciale gevoelswaarde heeft, ofwel doordat het werkwoord 
            verschillende betekenissen heeft. 
                        
            ότι/πως volgt over het algemeen een 
            werkwoord dat een uiting, mening of kennis uitdrukt; is er sprake 
            van een meer emotionele lading dan volgt 
            που. 
                        
            
             
            Bijvoorbeeld: θυμάμαι (zich herinneren) zal over het 
            algemeen gevolgd worden door ότι/πως 
            
            
              
              
                | που | 
                ο γέρος θυμήθηκε που συναντιόντουσαν στο 
                Παρίσι. | 
                de oude man herinnerde zich (nog goed) hoe ze elkaar in 
                Parijs ontmoetten. | 
                
                (de manier waarop, de emotie) | 
               
              
                | ότι/πως | 
                ο γέρος θυμήθηκε ότι συναντήθηκαν στο 
                Παρίσι. | 
                de oude man herinnerde zich nog dat ze elkaar in Parijs 
                hadden ontmoet. | 
                
                (het feit) | 
               
            
             
            
 
             
            Ten gevolge van een bijzondere betekenis van de zin, kan het echter 
            ook voorkomen dat een werkwoord waarbij normaliter που
            wordt gebruikt, toch door να of 
             ότι/πως of 
             μη(ν)/μήπως
            wordt gevolgd. 
                        
            
 
            Bijvoorbeeld: βλέπω(zien) zal 
            als werkwoord van zintuigelijke waarneming gevolgd worden door
            που. Indien het gebeuren als geheel centraal 
            staat, volgt να. 
            
            
              col style="width:36%">
              
              
                | να | 
                βλέπω το τρένο να ξεκινάει. | 
                ik zie de trein vertrekken.
                 | 
                
                (ik zie de trein wegrijden) | 
             
            
                | που | 
                βλέπω το τρένο που ξεκινάει. | 
                ik zie de trein vertrekken (/die vertrekt).
                 | 
                
                (ik zie het vertrek van de trein) | 
             
            
             
            Bijvoorbeeld: ακούω (horen) zal als 
            werkwoord van zintuigelijke waarneming over het 
            algemeen gevolgd worden door ότι/πως. 
            Gaat het echter om de kennis-verwerving van het feit waartoe de 
            waarneming aanleiding geeft, dan is het voegwoord ότι/πως: 
            
            
              col style="width:36%">
              
              
                | που | 
                τον άκουσα που έμπαινε μέσα. | 
                ik hoorde hem binnenkomen.
                 | 
                
                (ik hoorde hem, binnenkomen) | 
               
              
                | ότι/πως | 
                άκουσα ότι πέθανε ο θείος του. | 
                ik hoorde dat zijn oom is overleden.
                 | 
                
                (het feit) | 
               
            
             
              
                        
            
 
            Bijvoorbeeld: βλέπω(zien) zal 
            als werkwoord van zintuigelijke waarneming gevolgd worden door
            που. Indien echter het feit dat uit de 
            waarneming voortvloeit, centraal staat, volgt 
            ότι/πως: 
            
            
              col style="width:36%">
              
              
                | ότι/πως | 
                είδα ότι έφυγε. | 
                ik zag dat hij vertrokken was.
                 | 
                
                (het feit) Nb. aoristus. | 
               
              
                | που | 
                τον είδα που έφευγε. | 
                ik zag hem weggaan.
                 | 
                
                (de bezigheid) Nb. paratikos | 
               
            
             
			  
			  
			  
			  
			  
              
                
				©Auteursrecht voorbehouden. Zie pagina Copyright  
              
                              
              |