Grammatica//Morf/MorfVorn1
Voornaamwoorden
Voornaamwoorden verwijzen naar zaken, personen of kenmerken, zonder die zelf te noemen. De bedoelde zaken, personen of kenmerken kunnen ergens anders in de tekst genoemd zijn, of ze zijn uit de concrete situatie duidelijk.
Over het algemeen worden de voornaamwoorden in het Grieks verbogen.
De voornaamwoorden vallen uiteen in:
- | persoonlijke voornaamwoorden: | ||||||||
|
|||||||||
- | bezittelijke voornaamwoorden: |
||||||||
|
|||||||||
- | aanwijzende voornaamwoorden: | ||||||||
|
|||||||||
- | vragende voornaamwoorden: | ||||||||
|
|||||||||
- | betrekkelijke voornaamwoorden: | ||||||||
|
|||||||||
- | onbepaalde voornaamwoorden: | ||||||||
|
|||||||||
- | wederkerende voornaamwoorden: | ||||||||
|
|||||||||
- | wederkerige voornaamwoorden 2 ): | ||||||||
|
1
) Dit nadrukkelijke gebruik van het bezittelijk voornaamwoord
wordt in het Nederlands door het bijvoeglijk naamwoord 'eigen'
weergegeven.
2
) Het Grieks heeft geen voornaamwoord dat
overeenkomt met het Nederlandse wederkerige voornaamwoord 'elkaar'.
Wederkerigheid wordt in het Grieks in het werkwoord door de passieve vorm tot uitdrukking
gebracht.
©
Auteursrecht voorbehouden. Zie pagina Copyright