◄*

►*

▲**

Onbepaalde voornaamwoorden

Onbepaalde voornaamwoorden verwijzen naar niet nader bepaalde personen of zaken uit de werkelijkheid. Zij worden gebruikt om weer te geven dat wat gezegd wordt over een zaak of persoon, in alle gevallen, in sommige gevallen of in geen enkel geval opgaat. Onbepaalde betrekkelijke voornaamwoorden hebben dus steeds betrekking op een kwantiteit.

De Nederlandse onbepaalde voornaamwoorden zijn:
iemand, niemand
iets, niets, niks
iedereen, alles
geen, men, menig
elke, iedere, alle
een zekere
enkele, enige (een paar).

De Griekse onbepaalde voornaamwoorden zijn:
 

mannelijk	vrouwelijk	onzijdig
ένας	μια	ένα	een
κανένας/ κανείς	καμιά	κανένα	iemand, niemand
κάποιος	κάποια	κάποιο	iemand
κάτι		κατιτί	iets, een paar
τίποτα			iets, niets
τίποτε			iets, niets
κάθε			elke
καθένας	καθεμία	καθένα	ieder
άλλος	άλλη	άλλο	ander
μερικοί	μερικές	μερικά	sommige
αρκετοί	αρκετές	αρκετά	heel wat
διάφοροι	διάφορες	διάφορα	verschillende
όλος	όλη	όλο	heel, alle
ολόκληρος	ολόκληρη	ολόκληρο	heel

 

Κάποιος,  κάμποσος, άλλος, μερικοί, αρκετοί, διάφοροι, όλος en, ολόκληρος worden verbogen als καλός.
Κανένας en καθένας worden verbogen als ένας
Κάτι, τίποτα, τίποτε en κάθε worden niet verbogen.

Het Grieks heeft enkele onbepaalde voornaamwoorden waarvan de betekenis in de zin wisselt afhankelijk van de toevoeging van het ontkennende bijwoord δε(niet):
zelfstandig gebruikt: κανένας/ κανείς (iemand), δε ... κανένας (niemand)
bijvoeglijk gebruikt: κανένας (een of ander), δε ... κανένας (geen)
τίποτα (iets), δε τίποτα (niets).

Wanneer deze woorden gebruikt worden als antwoord op een vraag, hebben ze de ontkennende betekenis (zonder de toevoeging van δε).

Het verschil tussen κανένας en κάποιος is, dat κανένας over het algemeen in een negatieve context wordt gebruikt: een negatieve zin, een vraag waarop het antwoord mogelijk negatief is

mann	vr	onz				toelichting
ένας	μια	ένα		την είδα μια Κυριακή.	ik zag haar op een zondag.	een niet nader bepaalde, maar wel concrete dag
κανένας (κανείς)	καμιά	κανένα		υπάρχει κανείς εδώ;	is daar (lett: hier) iemand?	een specifiek iemand die je hoort
				αυτό το μήνα, δε δουλεύω καμιά Παρασκευή.	die maand werk ik geen enkele vrijdag (lett: niet een of andere vrijdag)..	een niet nader bepaalde, maar wel concrete dag
				δεν υπάρχει κανένας στον κήπο.	er is niemand in de tuin.	met ontkenning: niemand
κάποιος	κάποια	κάποιο		διαβάζω κάποιο άρθρο για το περιβάλλον.	ik lees een (of ander) artikel over het milieu.	een niet nader bepaald of genoemd artikel
κάτι		κατιτί		ήταν κάτι άνθρωποι.	er waren een paar mensen.
				θέλω κάτι ελαφρύ για το δείπνο.	ik wil iets lichts als avondeten.
τίποτα				δεν θέλει τίποτα νέο.	hij wil niets.
				δεν ξέρω τίποτε.	ik weet niets.	met ontkenning: niets
				τι θέλεις; - τίποτα	wat wil je? - niets	als antwoord: niets
κάθε				κάθεεβδομάδα φοράει άλλα ρούχα.	elke weekdraagt ze andere kleren.
καθένας	καθεμία (καθεμία)	καθένα		ο καθέναςμε την σειρά του	ieder op zijn beurt
άλλος	άλλη	άλλο		άλλα παιδιά φώναζουν.	andere kinderen schreeuwen.
μερικοί	μερικές	μερικά		μερικοίπροτιμούν τη σούπα τους με πολύ αλάτι.	sommigen willen hun soep met veel zout.
αρκετοί	αρκετές	αρκετά		συναντώ αρκετούς ανθρώπους στη δουλειά μου.	ik ontmoet heel wat mensen op mijn werk.
διάφοροι	διάφορες	διάφορα		άνθρωποι από διάφορες χώρες μένουν στο Άμστερνταμ.	in Amsterdam wonen mensen uit verschillende landen
όλοι	όλες	όλα		όλοι λένε ότι είναι άδικο.	iedereen zegt dat het niet eerlijk is.
ολόκληρος	ολόκληρη	ολόκληρο		καθαρίζω ολόκληρο το σπίτι.	ik heb het hele huis schoon gemaakt.	geheel en al

Verbuiging van κανένας/κανέις

	mannelijk	vrouwelijk	onzijdig
nom	κανένας	καμιά/καμία	κανένα
gen	κανενός	καμιάς/καμίας	κανενός
acc	κανένα(ν)	καμιά(ν)/καμία(ν)	κανένα

 

Κανένας (iemand, niemand, een, geen) heeft in de nominativus mannelijk enkelvoud de nevenvorm κανείς. Beide vormen worden zonder enig betekenisverschil door elkaar gebruikt, zij het dat κανείς niet bijvoeglijk gebruikt kan worden.

Καθένας (elk, ieder, iedereen) wordt op dezelfde wijze verbogen als κανένας.