Complementszinnen
Complementszinnen (aanvullingszinnen) zijn bijzinnen
die een bepaalde functie bij het werkwoord in de hoofdzin vervullen,
bijvoorbeeld lijdend voorwerp, onderwerp etc.
Ze heten dan ook wel onderwerpszin, lijdend voorwerpszin,
meewerkend voorwerpszin, gezegdezin (eigenlijk
naamwoordelijk-deel-van-het-gezegde-zin).
Strikt genomen kan het ook zijn voorzetsel voorwerpszin,
bijvoeglijke bepalingszin, bijwoordelijke bepalingszin.
Er is geen verschil tussen een bijwoordelijke bepalingszin en een
bijwoordelijke bijzin.
In tegenstelling tot bijwoordelijke en bijvoeglijke bepalingen
kunnen complementen niet weggelaten worden zonder dat de zin
ongrammaticaal wordt.
Bijvoorbeeld: 'Gisteren zag ik de rode auto'.
In deze voorbeeldzin kunnen 'gisteren' (bijwoordelijke bepaling) en
'rode' (bijvoeglijke bepaling) weggelaten worden, maar 'ik'
(onderwerp) en 'de auto' (lijdend voorwerp) niet. Dat is omdat het
werkwoord 'zien' per definitie twee complementen bij zich heeft: het
onderwerp en het lijdend voorwerp.
onderwerpszin | όποιος πεινάει, καρβέλια ονειρεύεται. | honger maakt rauwe bonen zoet (lett.: alwie honger heeft, droomt van boerenbroden). |
naamwoordelijke bijzin | φαίνεται ότι θα βρέξει. είναι ώρα να πηγαίνουμε. |
het lijkt erop dat het gaat regenen. het is tijd dat wij gaan. |
lijdend voorwerpszin | δεν ήξερα ότι ήσουν εκεί. | ik wist niet dat je daar was. |
meewerkend voorwerpszin | de leraar geeft strafwerk aan wie te laat komt. | de leraar geeft hem strafwerk. |
Binnen de complementszinnen kunnen de volgende soorten worden
onderscheiden:
- complementszinnen die
een wil, wens, mogelijkheid of noodzaak uitdrukken ingeleid door
να
wens | σε παρακαλώ να έρχεσαι στην ώρα σου. | ik verzoek je voortaan op tijd te komen. |
mogelijkheid | μπορείς να πας στην ώρα σου; | kun je op tijd komen? |
noodzaak | πρέπει να πας στην ώρα σου. | je moet op tijd komen. |
- complementszinnen
na werkwoorden van uiting, mening of kennis, ingeleid door
ότι/πως
uiting | δήλωσε ότι σε λίγο θα φύγει. | hij verklaarde dat hij kort daarop zou vertrekken. |
mening | νομίζω ότι έχεις δίκιο. | ik denk dat je gelijk hebt. |
kennis | δε ήξερα ότι ήσουν εκεί. | ik wist niet dat je daar was. |
- gesubstantiveerde
complementszinnen
το να αγοράζεις σπίτι, είναι μεγάλη υπόθεση. | het kopen van een huis is een hele aangelegenheid. |
- complementszinnen
na werkwoorden van vrees of bezorgdheid, ingeleid door
μη(ν)/μήπως
ανησυχούσαν μήπως δεν προλάβουν το πλοίο. | ze waren bang dat ze de boot niet zouden halen. |
- complementszinnen
van de indirecte rede
με ρώτησε αν έχω πονοκέφαλο. | hij vroeg me of ik hoofdpijn had. |
- complementszinnen
na werkwoorden van emotie, ingeleid door που
χαίρομαι που ήρθες. | ik ben blij dat je gekomen bent. |
-
complementszinnen na werkwoorden van waarneming, ingeleid door
που
είδα το τρένο που ξεκινούσε. | ik zag de trein vertrekken. |
- betrekkelijke bijzin met ingesloten antecedent.
φάε όσο μπορείς. | eet zoveel (/alwat) je kunt. |
© Auteursrecht voorbehouden. Zie pagina Copyright