Complementszinnen
Complementszinnen ingeleid door να
Afhankelijk van het karakter van de wil/wens, mogelijkheid of noodzaak, staat het werkwoord van de bijzin in de coniunctivus, het imperfectum (paratatikos) of de indicativus (nb: de aoristos is ook een indicativus).
Complementszinnen ingeleid door να, werkwoord in het imperfectum (paratatikos)
Wordt in de bijzin een onvervulde onvervulbare wens uitgedrukt (in het verleden of heden) en staat het werkwoord dus voor een onuitgevoerde of onuitvoerbare handeling, dan staat het werkwoord van de complementszin in het imperfectum.
verleden, onuitgevoerd | έπρεπε να ήσουν κι εσύ εκεί. | jij had daar ook moeten zijn. |
heden, onuitgevoerd | θα έπρεπε να ήταν κι αυτή εδώ. | zij zou hier eigenlijk ook moeten zijn. |
verleden, onvervulbaar | ήθελα να με κατάπινε η γη. | ik had wel door de grond willen zakken (lett.: dat de aarde me verzwolgen had). |
heden, onvervulbaar | θα ήθελα να με κατάπινε η γη. | ik zou wel door de grond willen zakken (lett.: dat de aarde me zou verzwelgen). |
Zo ook:
δε θυμάμαι, αλλά ενδέχεται να το είπα - ik weet
het niet meer, maar het zou best kunnen dat ik dat gezegd heb
Complementszinnen ingeleid door να, werkwoord in het indicativus
Evenals bepaalde
constructie met θα kan ook een
constructie met να
(on)waarschijnlijkheid uitdrukken.
Het werkwoord waar de να- constructie dan van
afhangt, is onpersoonlijk:
πρέπει (het is nodig dat), μπορεί
(het is mogelijk/het zou kunnen dat) en
φαίνεται (het schijnt/ het lijkt erop dat).
Να wordt in deze gevallen gevolgd door een
indicativus (nb: de aoristos is ook een indicativus).
Vergelijk:
waarschijnlijkheid, indicativus | noodzaak/ mogelijkheid, coniunctivus | |||
aoristos | πρέπει να έφυγε γύρω στις δυο. | hij moet rond een uur of twee weggegaan zijn. | πρέπει να φύγει στις δυο. | hij moet om twee uur weggaan. |
perfectum | πρέπει να έχει αρχίσει κιόλας η παραστάση. | de voorstelling moet al aan de gang zijn. | πρέπει να αρχίσεις στις εννέα. | je moet om negen uur beginnen. |
aoristos | μπορεί να ήμουν άρρωστη εκείνη την μέρα. | het kan zijn dat ik op die dag ziek was. | μπορείς να μου φέρεις μια κόλλα; | kun je me een vel papier brengen? |
aoristos | μπορεί να μην το πήραν ακόμα το γράμμα. | misschien hebben ze de brief nog niet ontvangen. | ||
ελπίζω να κατάλαβες το λάθος σου. | ik hoop dat je je fout hebt begrepen. |
Merk op dat de 'waarschijnlijkheidsconstructie' met θα + indicativus, qua sterkte ergens tussen πρέπει να + indicativus (hoogstwaarschijnlijk) en μπορεί να + indicativus (mogelijk) ligt.
In veel gevallen komt de να
-constructie
voor waar het Nederlands een infinitivus-constructie gebruikt (en
niet alleen bij complementszinnen).
Merk op dat bij complementszinnen het onderwerp van de
να
-zin samenvalt met één van de complementen
(onderwerp, meewerkend voorwerp of lijdend voorwerp) in de hoofdzin:
met het onderwerp | δε θέλω να μείνω άλλο. | ik wil niet langer blijven. |
met het onderwerp | μπήκε στην αίθουσα χωρίς να πει τίποτα. | hij kwam het lokaal binnen zonder iets te zeggen. |
met het onderwerp | ήταν έμπειρος στο να βρίσκει λύσεις. | hij was ervaren in het vinden van oplossingen. |
met het lijdend voorwerp | τον βλέπω να πέφτω. | ik zag hem vallen. |
met het lijdend voorwerp | μας παρακάλεσαν να προσέξουμε καλά. | ze verzochten ons goed op te letten. |
met het meewerkend voorwerp | του απαγόρευσε να μπει μέσα. | ze verbood hem binnen te komen. |
met het meewerkend voorwerp | τους ζήτησε να συμμορφωθούνε. | hij vroeg hun zich eraan te houden. |
De voorwaarde dat in de Griekse zin het onderwerp van de bijzin moet samenvallen met het complement van het werkwoord in de hoofdzin, vervalt natuurlijk bij onpersoonlijk gebruik van het werkwoord in de hoofdzin:
(naamwoordelijk-deel-van-het-)gezegdezin | είναι αδύνατο να το πάρετε μαζί σας. | jullie kunnen het onmogelijk meenemen. |
Complementszinnen ingeleid door να, waarbij de hoofdzin ontbreekt
Indien de hoofdzin achterwege blijft, wordt de bijzin een 'hoofdzin' ingeleid door bijvoorbeeld παραλίγο να:
παραλίγο να χαλάσει το ρολόι του αδελφού του | bijna had hij het horloge van zijn broer kapot gemaakt (het scheelde weinig of hij had het horloge van zijn broer kapot gemaakt) |