In de gesproken taal bestaat de neiging om een hiaat
te vermijden. De (taalkundige) hiaat ontstaat wanneer een woord dat
met een klinker eindigt, gevolgd wordt door een woord dat met een
klinker begint. De hiaat wordt vermeden door één van beide klinkers
achterwege te laten.
Dit verschijnsel heet klinkerdeletie.
Wanneer de slotklinker verdwijnt spreekt men van
elisie; wanneer de beginletter verdwijnt, spreekt men van aferesis.
Of de slotklinker verdwijnt of de beginklinker, hangt af van de
relatieve sterkte van de twee met elkaar botsende klinkers.
De relatieve sterkte van de klinkers in het Grieks wordt weergegeven in de volgende ordening van de fonemen: [a] >
[o] > [u] > [e] > [i].
Dat wil zeggen dat de α sterker is dan de ο en ω; de ο en ω sterker
zijn dan de ου; de ου sterker is dan de ε en αι; en de ε en αι
sterker zijn dan de η, ι, υ, ει en οι.
De weggelaten klinker wordt in de schrijftaal vaak vervangen door een enkel aanhalingsteken. Echter niet bij woorden die
ook een vorm zonder die klinker hebben, zoals μένα - εμένα, σένα - εσένα.
Voorbeelden van aferesis:
το είπα.
το 'πα.
ik zei het.
του έδωσαν
του 'δωσαν
ze gaven hem
τα έφερε.
τα 'φερε.
hij bracht het.
από εδώ
από δω
van hier
δυο εβδομάδες
δυο βδομάδες
twee weken
θα πάω εγώ.
θα πάω 'γώ.
ík ga wel.
μου έκοψε το αίμα.
μού' κοψε το
αίμα.
mijn adem stokte in mijn keel.
Nb. In het geval dat een persoonlijk voornaamwoord een persoon
aanduidt, kan dit het eventuele accent van de verdwenen
lettergreep overnemen. Dit in tegenstelling met de situatie dat
het persoonlijk voornaamwoord een zaak aanduidt. Vergelijk:
De bovenstaande zwarte sterren geven van elke pagina het niveau aan.
1 ster: beginnersniveau
2 sterren: gevorderden-niveau
3 sterren: studieniveau
1 plus: beschouwing
2 plussen: overzichten en dwarsverbanden