Zinsdelen, bijwoordelijke bepaling
ο επιρρηματικός προσδιορισμός
Een bijwoordelijke bepaling is een woord of woordgroep die een nadere specificatie geeft van het gezegde, van een bijvoeglijke bepaling of van van een andere bijwoordelijke bepaling.
Een bijwoordelijke bepaling heeft ofwel de vorm van een bijwoord, ofwel van een voorzetsel gevolgd door een woord of woordgroep.
Enkele voorbeelden:
bijwoord bij het gezegde 'gaan werken' bijwoord bij het bijvoeglijk naamwoord 'warm' voorzetsel + woordgroep bijwoord bij bijwoordelijke bepaling |
morgen ga ik in de tuin werken. het is erg warm. ik woon in Utrecht. het was heel erg leuk. |
Bijwoordelijke bepalingen worden vaak
naar hun betekenis ingedeeld. Indien de bijwoordelijke bepaling
wordt ingeleid door een voorzetsel is er natuurlijk een sterke
relatie met de betekenis van dat voorzetsel.
Evenzo is er een sterke relatie met de mogelijke bijvoordelijke
bijzinnen.
Een bijzondere positie neemt daarbij de passieve door-bepaling in die in de lijdende zin wordt gebruikt.
de kat is door de hond gebeten. |
In het Grieks is de passieve door-bepaling meestal από, soms
με of σε.
Een andere bijwoordelijke bepaling die een bijzondere plaats inneemt, is de bijwoordelijke bepaling van vergelijking.
Piet is dikker dan Jan. de bank is even lang als de tafel. hij schreef meer boeken dan je in een heel leven lezen kan. |
De belangrijkste soorten bijwoordelijke bepalingen zijn verder:
bijwoordelijke bepaling van | |
plaats |
ik woon in Utrecht. waar woon jij? |
tijd |
om vijf uur ga ik weg. meestal blijf ik thuis. |
graad |
hoe ziek is hij? hij is erg blij. |
modaliteit | misschien blijf ik wel thuis. |
causaliteit | vanwege de drukte blijf ik thuis. |
gevolg | tot mijn verbazing vertelde hij niets. |
doel | voor mijn gezondheid ga ik naar de bergen. |
voorwaarde | in geval van nood kunt u mij bellen. |
toegeving | ondanks de regen ga ik uit. |
middel | met zo'n bot mes kun je niet snijden |
hoedanigheid | het boek was netjes gedrukt. |
hoeveelheid | dat boek kost dertien gulden. |
graad | zijn toestand is tamelijk slecht. |
omstandigheid | ik slaap altijd met open ramen. |
beperking | voor zijn leeftijd is hij nog heel actief. |
modaliteit | hij komt waarschijnlijk |
Het onderscheid tussen de verschillende soorten bijwoordelijke bepalingen is in het Nederlands niet zo relevant.
In het Grieks is het onderscheid soms van belang voor de keuze van de werkwoordstijden in de bijwoordelijke bijzin.
Nb. Een bijwoordelijke bepaling laat zich makkelijk verwarren met een bepaling van gesteldheid.