Activum, 1e stam, coniunctivus praesentis
De coniunctivus (aanvoegende wijs) van de eerste stam wordt gevormd uit de eerste stam van het werkwoord gevolgd door de uitgangen van de coniunctivus. De uitgangen van de coniunctivus komen overeen met die van het praesens. Qua vorm is de coniunctivus praesentis dus niet te onderscheiden van de indicativus praesentis.
Activum, 1e stam, futurum
Het futurum (toekomende tijd) van de eerste stam wordt gevormd door het onverbuigbare partikel θα gevolgd door de uitgangen van de coniunctivus van de eerste stam (coniunctivus praesentis).
Het gaat dan om de onvoltooid (tegenwoordig) toekomende tijd: ik zal betalen.
από αύριο δε θα αργώ στη δουλειά μου, γιατί αγόρασα αυτοκίνητο. | vanaf morgen zal ik niet meer te laat op mijn werk komen, omdat ik een auto heb gekocht. |
De onvoltooid verleden toekomende tijd (ik zou betalen) wordt gevormd door θα gevolgd door de paratatikos.
De voltooid toekomende tijden (ik zal/zou hebben betaald) worden gevormd door θα + έχω + aparemfato.
Nb. De ontkenning bij θα is δε. Δε gaat altijd aan θα vooraf.