Betrekkelijke voornaamwoord
η αναφορική αντωνυμία
Betrekkelijke voornaamwoorden vormen de inleiding van een bijzin
die een element van de hoofdzin nader preciseert,
de zogenaamde
betrekkelijke bijzin.
Dit element heet het antecedent.
Ook kan de hoofdzin als geheel het antecedent zijn.
De Nederlandse
betrekkelijke voornaamwoorden zijn:
die, dat, wie, alwie, wat, welk(e), hetgeen, hetwelk, dewelke, wie ook maar, (dewelke is verouderd Nederlands, maar handig om het Grieks te begrijpen), waar, waar ook maar |
Wanneer het betrekkelijk voornaamwoord voorafgegaan wordt door een voorzetsel, wordt in het Nederlands de combinatie met 'hetwelk', 'hetgeen' en dergelijke vervangen door een constructie met 'waar':
waarbij, waarvoor, waarop etc. ") |
De Griekse betrekkelijke voornaamwoorden zijn:
που, οποίος, όποιος, όσος, ό,τι 1) |
De betrekkelijke voornaamwoorden ποιος, όσος en ό,τι kunnen versterkt worden met het suffix -δήποτε: οποιοσδήποτε, οσοσδήποτε, οτιδήποτε.
De betrekkelijke voornaamwoorden worden (op που, ό,τι en οτιδήποτε na) verbogen:
οποίος, όποιος, οποιοσδήποτε overeenkomstig άγριος;
όσος, οσοσδήποτε overeenkomstig καλός.
Wanneer in het Grieks het betrekkelijk voornaamwoord wordt
voorafgegaan door een voorzetsel, kan de constructie met hetwelk/ dewelke
(τον οποίο) ook weergegeven worden met αυτός που.
Daarnaast kan αυτός που gebruikt worden voor het Nederlandse dat wat, wat, wie, hij die en dergelijke.
που | ο άντρας που είδα. | de man die ik zag. |
αυτός που | σ' αυτό που διάβασε, αναγνώρισε τον εαυτό του. | in wat hij las, herkende hij zichzelf. |
οποίος | η κοπέλα για την οποία σου μίλησε, παντρεύτηκε χτες. | het meisje waarover ik het me je had, is gisteren getrouwd. |
ό,τι | κάνε ό,τι νομίζεις. | doe wat je goeddunkt. |
όσος | μη δεχτείς τη θέση όσα λεφτά κι αν σου
δώσουν. ... χρήσιμο για όλους όσοι μαθαίνουν ελληνικά. |
accepteer de functie niet,
hoeveel geld ze je ook bieden. ... nuttig voor allen die Grieks leren/ iedereen die Grieks leert. |
οποιοσδήποτε | οποιοσδήποτε θέλει, μπαίνει μέσα. | wie wil, komt binnen. |
οσοσδήποτε | οσαδήποτε χρήματα σου ζητήσει, να του τα δώσεις. | hoeveel geld hij je ook vraagt, geef het hem. |
οτιδήποτε | οτιδήποτε σου πει, εσύ να μη μιλήσεις. | wat hij ook tegen je zegt, jij zegt niets. |
1 ) ό,τι wordt als één woord beschouwd en wordt daarom zonder spatie geschreven.
De betrekkelijke voornaamwoorden vallen in twee groepen uiteen:
- de betrekkelijke voornaamwoorden met antecedent (που,
ο οποίος)
- de betrekkelijke
voornaamwoorden zonder antecedent, ook wel
onbepaalde betrekkelijke voornaamwoorden genoemd (όποιος,
όσος, ό,τι)
Nb. Hoewel που niet wordt verbogen en dus voor alle geslachten, enkelvoud en meervoud, kan worden gebruikt, draagt het impliciet wel het geslacht en het aantal van zijn antecendent. Dit is onder andere zichtbaar als in de bijzin een naamwoordelijk gezegde wordt gebruikt:
αυτά τα βιβλία, που είναι πανάκριβα, μου αρέσουν πολύ. | die boeken, die heel duur zijn, vind ik erg mooi. | naamwoordelijk deel van het gezegde |
λουλούδια που φυτρώνουν μόνα τους, χωρίς να τα καλλιεργεί κάποιος. | bloemen die uit zichzelf bloeien, zonder dat iemand ze verzorgt. | 'uit zichzelf' heeft betrekking op 'die' en dus op 'bloemen' |
ο κύριος Λαμπράκης, που η γυναίκα του είναι στην Ελλάδα | meneer Lambrakis, wiens vrouw in Griekenland zit | 'bezittelijk voornaamwoord' (genitivus van het persoonlijk voornaamwoord) |
Betrekkelijke voornaamwoorden met antecedent
Deze betrekkelijke voornaamwoorden verwijzen naar een element in de hoofdzin waarmee ze in geslacht en aantal overeenkomen. De naamval daarentegen wordt bepaald door de syntactische functie van ο οποίος in de bijzin.
Betrekkelijke voornaamwoorden zonder antecedent /
Onbepaalde betrekkelijke voornaamwoorden
Deze betrekkelijke voornaamwoorden wijzen niet terug naar een of ander antecedent in de hoofdzin. Het antecedent wordt impliciet gelaten.
όποιος, -α, -ο | + zelfstandig naamwoord | welk(e) ... ook (maar) |
όποιος, -α | wie, wie ... ook (maar), ieder die | |
όποιοι, -ες | wie, wie ... ook (maar), allen die | |
όσος, -η, -ο | + zelfstandig naamwoord | zoveel ... als |
όσος, -ες, -α | + zelfstandig naamwoord | welke ... ook (maar), zoveel ... als, alle ... die |
όσοι, -ες | wie, wie ... ook (maar), allen die | |
ό,τι | + zelfstandig naamwoord | welk(e) ... ook (maar), zoveel ... als |
ό,τι | (al) wat, wat ... ook (maar), alles wat | |
οποιοσδήποτε | wie ... ook maar | |
οσοσδήποτε | hoeveel ... ook maar | |
οτιδήποτε | wat ... ook maar |
Nb. Vergelijk de volgende zin met zijn vertaling:
αυτό που σου είπα, μην το πεις πουθενά -
wat ik je zei, vertel dat nergens anders.
Waar het Grieks een betrekkelijk voornaamwoord που
met antecedent αυτό gebruikt,
gebruikt het Nederlands een betrekkelijk voornaamwoord 'wat' zonder
antecedent.
Nb. De Nederlandse betrekkelijke voornaamwoorden zijn ook te gebruiken als vragend voornaamwoord.
De onbepaalde betrekkelijke voornaamwoorden kunnen zowel zelfstandig als bijvoeglijk gebruikt worden.
zelfstandig | όσοι δε θέλουν, ας μείνουν σπίτι. | wie niet wil, moet maar thuis blijven. |
bijvoeglijk | όσοι φοιτητές δε θέλουν, ας μείνουν σπίτι. | alle studenten die niet willen, moeten maar thuis blijven. |
De onzijdige vormen, enkelvoud en meervoud, van het
zelfstandig gebruikte voornaamwoord όποιος
komen nagenoeg niet voor. In plaats daarvan gebruikt men het
onbepaald persoonlijk betrekkelijk voornaamwoord
ό,τι.
Wanneer men de onzijdige vorm van όποιος,
zonder zelfstandig naamwoord, tegenkomt, gaat het altijd om een
elliptische constructie (dwz. een constructie waarvan bepaalde
onderdelen zijn weggelaten). Je kunt bijv. zeggen,
wijzend naar een fruitmand: πάρε όποιο θες,
waarmee eigenlijk bedoeld wordt: πάρε όποιο από τα
φρούτα θες (pak maar een vrucht, welke je ook maar wilt).
Vergelijk het elliptische gebruik van het voornaamwoord
όσος, dat in het enkelvoud in principe alleen
bijvoeglijk gebruikt wordt. Je kunt tegen je gast zeggen, verwijzend
naar de open fles whisky op tafel: πιες όσο θες,
waarmee je eigenlijk bedoelt te zeggen: πιες
όσο ουίσκι θες (drink maar zoveel (whisky) als je wilt).
De vrouwelijke vormen van de zelfstandig gebruikte
voornaamwoorden όποιος, -α, όποιοι, -ες en
όσοι, -ες komen zelden voor. Zij worden
alleen gebruikt als de algemene, niet nader gedefiniëerde groep
mensen, enkel en alleen uit vrouwen bestaat. Op een meisjesschool
kan het hoofd bijv. zeggen:
όσες ενδιαφέρονται, μπορούν να παρακολουθήσουν τη
διάλεξη (allen die er zich voor interesseren, kunnen de
lezing volgen).
Het algemene, niet nader te definiëren karakter van de onbepaalde betrekkelijke voornaamwoorden wordt nog versterkt door middel van het achtervoegsel -δήποτε.
") 'waarnaar' en dergelijke heten officieel voornaamwoordelijke bijwoorden.